Van landschap naar data – hoe standaardisatie bijdraagt aan soortenherstel

Onlangs kwamen tientallen professionals bijeen voor een werksessie over de monitoring van landschapselementen in het kader van het Landelijk Aanvalsplan Soortenherstel (LAS-reg).
Een dag vol inzichten, discussies en concrete stappen richting een beter functionerend Landschapselementenregister. Ook wij leverden hieraan een bijdrage – vanuit onze rol in het vormgeven van de onderliggende informatiestructuur. 

Waarom landschapselementen tellen

Houtwallen, poelen, hagen en andere kleine landschapselementen vormen het stille netwerk van het Nederlandse landschap. Ze zijn van onschatbare waarde voor biodiversiteit: als leefgebied, verbindingszone of voedselbron. Binnen het Landschapselementenregister is het essentieel dat deze elementen goed in kaart worden gebracht, gemonitord en onderhouden. Maar dan moet je wel eerst weten wat er is – en wat je precies bedoelt met “een houtwal.”

De bijdrage van Sogelink: van begrip naar datastructuur 

Onze hoofdbijdrage aan het Landschapselementenregister ligt bij de ontwikkeling van het informatiemodel en het conceptueel model. Wat dat inhoudt?

• We bepalen hoe de data eruit moet zien: welke gegevens zijn nodig, welke definities gebruiken we, hoe ordenen we die informatie?
• We bouwen een taxonomie: een gestructureerde hiërarchie waarin landschapselementen helder zijn gedefinieerd en onderling samenhangen.
• We zorgen voor aansluiting op bestaande standaarden en datasets, zodat het register niet op zichzelf staat, maar daadwerkelijk bruikbaar wordt in het bredere landschap van natuurbeheer, beleid en uitvoering.

Dit vormt de basis voor een gemeenschappelijke taal tussen overheden, terreinbeheerders, agrariërs en IT-systemen. Een solide datastructuur zorgt ervoor dat iedereen hetzelfde bedoelt als het gaat over een poel, een houtsingel of een knotwilg.

De bijdrage van Sogelink: van begrip naar datastructuur

Onze hoofdbijdrage aan het Landschapselementenregister ligt bij de ontwikkeling van het informatiemodel en het conceptueel model. Wat dat inhoudt?

• We bepalen hoe de data eruit moet zien: welke gegevens zijn nodig, welke definities gebruiken we, hoe ordenen we die informatie?
• We bouwen een taxonomie: een gestructureerde hiërarchie waarin landschapselementen helder zijn gedefinieerd en onderling samenhangen.
• We zorgen voor aansluiting op bestaande standaarden en datasets, zodat het register niet op zichzelf staat, maar daadwerkelijk bruikbaar wordt in het bredere landschap van natuurbeheer, beleid en uitvoering.

Dit vormt de basis voor een gemeenschappelijke taal tussen overheden, terreinbeheerders, agrariërs en IT-systemen. Een solide datastructuur zorgt ervoor dat iedereen hetzelfde bedoelt als het gaat over een poel, een houtsingel of een knotwilg.

Samen werken aan één landschapstaal 

Tijdens de bijeenkomst presenteerde Peter van den Pol de contouren van deze informatiestructuur. Het is geen papieren exercitie, maar een noodzakelijke stap om monitoring, beheer en subsidiepraktijk met elkaar te verbinden. Dankzij deze structuur kunnen gegevens straks eenduidig worden verzameld, gedeeld én benut. 

Wij zijn trots dat we vanuit Sogelink kunnen bijdragen aan deze fundamenten. Want hoe beter het model de werkelijkheid vast, hoe concreter de impact zal zijn: betere data leidt tot beter beleid – en uiteindelijk tot een rijker landschap. 

En nu verder

De komende tijd blijven we betrokken bij de verdere uitrol en verfijning van het Landschapselementenregister. Samen met de partners in het veld bouwen we verder aan een robuuste informatiebasis voor soortenherstel. Zodat we niet alleen weten wat er is, maar ook hoe we het kunnen behouden en versterken. 

Meer weten of meedenken?

Wil je meer weten over onze bijdrage aan het Landschapselementenregister, of wil je verkennen hoe jouw organisatie kan aansluiten? Neem gerust contact met ons op – we gaan graag het gesprek aan.